Pitch
Op het taakveld Maatwerkvoorzieningen (Wmo) verwachten we een voordeel van ruim € 0,3 miljoen in 2023. Dit voordeel is het gevolg van een onderbesteding op het Collectief vervoer, vanwege een lagere gebruiksgraad van het vraagafhankelijk vervoer PlusOV. Daarentegen zien we een nadeel op de woonvoorzieningen, wat te maken heeft met het grillige en onvoorspelbare verloop.
Lasten | Baten | (bedragen x 1.000) | |||||
|---|---|---|---|---|---|---|---|
Omschrijving | Bedrag | V/N | Bedrag | V/N | I/S | Saldo | V/N |
Woonvoorzieningen | € -272 | N | I | € -272 | N | ||
Collectief vervoer Wmo | € 526 | V | I | € 526 | V | ||
Overige verschillen | € 54 | V | € -6 | N | € 48 | V | |
Totaal | € 308 | V | € -6 | N | I | € 302 | V |
Detail
Woonvoorzieningen
Vanwege de onvoorspelbaarheid van het verloop van de woonvoorzieningen en het aanzienlijke effect van het plaatsen van een woonunit, is het lastig om een goede voorspelling te doen. Niettemin verwachten we dat we aan het einde van 2023 tussen de 2 en 3 miljoen euro uitkomen. Gezien het oorspronkelijke budget van 2 miljoen, kan er mogelijk een overschrijding tot maximaal een miljoen plaatsvinden. Op basis van de cijfers tot en met mei gaan we momenteel uit van een overschrijding van 3 ton.
Collectief vervoer WMO
Onderbesteding Collectief vervoer WMO ontleent zich aan een lagere gebruiksgraad van het vraagafhankelijk vervoer PlusOV t.o.v. vóór Corona. Volume collectief vervoer blijft daarbij steken op 70% van het niveau van vóór Corona. Zodoende vallen de kosten lager uit. Het budgetoverschot van €526k is een doorrekening van de kosten Q1 en Q2 PlusOV en de kosten regiefunctionaris (afwijking €207k totaal), plus €319k budget vanuit 2022 welke niet was opgenomen in de balanspost.